Digitaal archief

Uw zoekacties: Maandblad Amstelodamum, 1986; p. 104

Genootschap Amstelodamum

beacon
1  records
sorteren op:
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
Maandblad Amstelodamum, 1986; p. 104
Datering:
1986
Titel:
Maandblad Amstelodamum
Jaargang:
073
Jaar:
1986
Pagina:
104
Kerkstraat 273 en 275 vóór de restauratie .
Foto 20.3.1984 . B . Wessels , Amsterdamse Mij tot Stadsherstel N . V .
echtpaar Van der Stel er niet in gewoond , want in de zomer van 1703 waren zij onderweg naar Oost-Indië , waar Adriaen van der Stel tot Raad van In-dië ( In-dië ) was benoemd en in 1705 gouverneur van Amboina zou worden . Tij-dens ( Tijdens ) de reis was in september 1703 een tweede zoon te Kaapstad geboren .
Nog in hetzelfde jaar dat Adriaen van der Stel het pand aan de Keizers-gracht ( Keizersgracht ) had gekocht , was hij op 17 juli voor 2400 gulden in het bezit van het aan de Amstelkerkstraat gelegen huisje ( nr 273 ) gekomen , dat eveneens door Schelte Popta en Hendrick Claesz de Vries was gebouwd . Aan de oostzijde van dit huisje was een strook grond van 10 voet breed blijven lig-gen ( liggen ) , dat met het achter het pandje gelegen resterende erf ter breedte van 50 voet en een diepte van 22 voet mede door Van der Stel was gekocht voor ƒ 300 .- van Popta en compagnon . Op deze grond liet Adriaen van der Stel achter het huisje van de Amstelkerkstraat over de volle breedte van zijn erf een stal bouwen die een uitgang ernaast naar de Kerkstraat ( nr 275 ) kreeg . Nog vóór zijn vertrek naar de Oost was het huisje in de Kerkstraat ( nr 273 ) door Van der Stel voor ƒ 3000 .- overgedaan aan de gewezen schipper op Oost-Indië Gerrit Colaert ( . . - 1710 ), die er ging wonen . Het huis aan de Keizersgracht werd na het vertrek van het gezin Van der Stel verhuurd .
Gerrit Colaert was vrijgezel . In zijn testament van 1709 maakte hij zijn huishoudster Jacomyna Cornelis de Gelder ( 1670-1714 ) tot zijn erfge-naam ( erfgenaam ) . Zij leefde gescheiden van haar man en Colaert bepaalde dat de erfe-nis ( erfenis ) zou vervallen indien zij naar haar man terugkeerde of met een ander zou hertrouwen . In dat geval zouden twee nichten Colaert in Batavia de ge-rechtigden ( gerechtigden ) zijn . De huishoudster kreeg het huisje en ik neem aan dat het na haar dood door de familie in Indië werd geërfd . Transportakten zijn er met te vinden en in het verpondingsregister staat Johannes Vilekens - de notaris van Gerrit Colaert - als beheerder van het huisje te boek . De nieuwe eige-naar ( eigenaar ) raakte in 1746 in de Oost insolvent en enkele jaren later werd in Am-sterdam ( Amsterdam ) een curator benoemd . Pas op 19 januari 1761 werd het huisje in
90
■■■
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer