Digitaal archief

Uw zoekacties: Maandblad Amstelodamum, 1986; p. 50

Genootschap Amstelodamum

beacon
1  records
sorteren op:
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
Maandblad Amstelodamum, 1986; p. 50
Datering:
1986
Titel:
Maandblad Amstelodamum
Jaargang:
073
Jaar:
1986
Pagina:
50
voor Jan Pietersz . Wanneer men aanneemt , dat Pieter Backer de metselaar was , die in 1704 de extra betaling kreeg , zal deze Jan Pietersz een timmer-man ( timmerman ) zijn geweest . Ook die komt voor op het rekwest van 1704 , maar van hem is nog onzekerder dat hij de gezochte is .
Wel mogen we aannemen , dat dit een van de knechtsbossen is geweest , waarnaar Timmer in Amsterdam met zo weinig succes zocht . Ik kan mij al-thans ( althans ) geen andere reden voorstellen voor burgemeesters om een dergelijke maatschappij toe te staan . Helaas weten wij nu niet meer dan dat die in ie-der ( ieder ) geval van vóór 2 maart 1718 tot na 3 maart 1729 heeft bestaan . Mis-schien ( Misschien ) heeft ze nog andere huizen dan die in de Vetermakersgang bezeten en ik houd mij aanbevolen voor eventuele berichten daaromtrent . De op-richting ( oprichting ) lijkt een antwoord op het nihil op het rekwest van 1704 .
Combinaties van metselaars - en timmerliedenknechten vond ik verder niet in die tijd . Het dossier metselaars in het burgemeestersarchief helpt ons niets verder en evenmin de rekwesten aan het gerecht van het gilde . Voor de timmerlieden ligt dat geheel anders , want daar vinden we in beide archieven enkele belangrijke stukken . Op 19 maart 1743 stuurt Jan Six een rekwest van huistimmerliedenknechten , dat uit naam van 83 personen , burgers en inwoners , weer tegen de vreemde knechten is gericht , om ad-vies ( advies ) naar het St . Josephsgilde . Het is ondertekend door Pieter van Dijck , Gerrit Barrenart , Willem van der Huysen en Dominikus Mikes , die daar-toe ( daartoe ) door de anderen gequalificeerd zijn . Ze vragen weer om een plaats , waar de knechten zonder werk zich kunnen laten aantekenen en volgens de rol beschikbaar zullen worden gesteld voor de bazen , die knechten nodig
hebben .
Het zou te ver voeren om het antwoord van de overheden van het gilde te behandelen , dat dieper ingaat op de problemen van het laten werken van vreemde en van ingezeten knechten . Aan het slot spreken ze de hoop uit , dat zij ' baasen mogen blijven '. Op 28 januari 1744 werd het rekwest afge-slagen ( afgeslagen ) en ook een rekwest van de overheden van het gilde , die een uitbrei-ding ( uitbreiding ) en toelichting op de passage over de vreemde knechten in de keur van 4 oktober 1623 , die nog steeds voor de timmerlieden van kracht was , wen-sten ( wensten ) .
In het voor de gilden ook zo roerige jaar 1748 kwamen de huistimmer -
mansknechten weer met een rekwest . Poorters en inwoners van de stad vroegen nu om hun ' de bos met desself staenplaes ' te vergunnen , opdat ze uit de boeten en contributies de noodlijdende knechten bijstand konden verlenen . Uit een lijst van knechten van goed gedrag en wandel en van de ware godsdienst zou de stad het bestuur moeten benoemen en ook een tim-mermansknecht-poorter ( tim-mermansknecht-poorter ) aanwijzen , die de bazen de knechts zou bezor-gen ( bezorgen ) . Het rekwest dateert van 30 oktober en van 31 oktober een reglement voor die bos van 33 artikelen . Op 30 januari 1749 werd ook dit rekwest af-geslagen ( afgeslagen ) .
Met dit optreden van de timmermansknechten alleen ging men eigenlijk
alweer een stap terug in vergelijking tot 1704 , toen het optreden van de metselaar Kempsen de bouwvakkers in het metsel - en timmerwerk samen had gebracht . Over hem vond ik verder niets in de archieven . Het kan zijn , dat afwijkende spellingen van zijn naam daarvan de reden zijn , maar ook is
44
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer